Kamerbrief onderzoek behoeften bij docenten om tot passende ondersteuning te komen (24 april 2025)
Gepubliceerd:
30 april 2025
Leestijd:
4 minuten

Op 24 april 2025 stuurde staatssecretaris Paul een brief naar de Tweede Kamer met daarin een reactie op het onderzoeksrapport ‘Behoeften bij leraren en docenten aan ondersteuning en professionalisering bij passend en meer inclusief onderwijs’. Dit onderzoek is uitgevoerd door een onderzoeksconsortium van ResearchNed, KBA Nijmegen en Expertisecentrum Nederland onder meer dan 2.000 leraren binnen het primair, voortgezet en gespecialiseerd onderwijs en docenten in het mbo.
Hoofdlijnen onderzoek
Het onderzoek laat zien dat veel docenten onvoldoende ondersteuning ervaren om leerlingen en studenten met een (extra) ondersteuningsbehoefte goed te begeleiden en te ondersteunen en een hoge druk ervaren om voor alle leerlingen en studenten in de klas goed onderwijs te verzorgen. Ook komt in het onderzoek naar voren dat als er geen ondersteuning is om de leerling/student met een ondersteuningsbehoefte (met name op het gebied van gedragsproblematiek) goed te begeleiden, docenten nauwelijks toekomen aan hun onderwijstaken.
Achtergrond onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van OCW in het kader van de verbeteraanpak passend onderwijs voor het funderend onderwijs en de verbeteragenda passend onderwijs mbo 2020-2025. Vanuit beide programma's ontstond de behoefte leraren en docenten te bevragen over wat zij nodig hebben aan toerusting en ondersteuning om zoveel mogelijk passende ondersteuning in de klas te kunnen bieden. De MBO Raad nam deel aan de begeleidingscommissie van het onderzoek. Werkgroep 2 van de verbeteragenda, die zich bezighoudt met de actielijn het verbeteren van de kwaliteit van ondersteuning door onderwijsteams, heeft meegelezen met de onderzoeksopdracht.
Reactie staatssecretaris
Uit het onderzoek blijkt dat de meeste docenten meer aandacht willen voor passend onderwijs in de lerarenopleiding. Het is belangrijk dat studenten tijdens de lerarenopleiding voldoende kennismaken met leerlingen/studenten met verschillende type ondersteuningsbehoeftes. De staatssecretaris gaat hierover in gesprek met het Opleidingsberaad Leraren, waarin wensen en behoeften van docenten en scholen voor het curriculum van lerarenopleidingen besproken, gewogen en van een advies voorzien worden en informeert de Kamer voor de zomer van 2025 over de vervolgstappen die het opleidingsberaad naar aanleiding van deze bespreking gaat zetten.
Daarnaast gaat de staatssecretaris de hogescholen oproepen eventuele barrières weg te nemen om studenten van lerarenopleidingen te laten stagelopen op het gespecialiseerd onderwijs (go) en hier samen met de onderwijsregio’s en in overleg met de go-scholen zoveel mogelijk regionaal werk van te maken.
Verder noemt de staatssecretaris het belang van het versterken van de professionalisering van docenten. De specialistische kennis die nodig is voor het bieden van passend onderwijs meegenomen in de uitwerking van de ontwikkelpaden binnen het Groeifondsproject Nationale Aanpak Professionaliseren van Leraren (NAPL). Specifiek voor het mbo geeft de staatssecretaris aan dat het essentieel is dat elk onderwijsteam beschikt over specifieke expertise op het gebied van (extra) ondersteuning van studenten of dat deze laagdrempelig voor het onderwijsteam beschikbaar is. Het is een belangrijke verantwoordelijkheid van de instellingsbesturen om te sturen op de kennisbasis en beschikbaarheid van voldoende laagdrempelige expertise voor elk onderwijsteam binnen de school. De komende periode wordt verkend welk vervolg nodig is op de verbeteragenda passend onderwijs mbo 20202-2025. De MBO Raad is bij de verkenning betrokken.
In de brief gaat de staatssecretaris ook in op de ondersteuning voor docenten in de klas. In het mbo is het noodzakelijk dat docenten weten welke ondersteuning in de school beschikbaar is en hoe die ondersteuning toegankelijk is voor studenten. Vanuit het Actieplan vsv wordt het verplicht in de nieuwe regionale programma’s, die vanaf 2026 gaan lopen, in de regio afspraken te maken over de beschikbaarheid van ‘hulp in school’. Daarnaast noemt de secretaris de actie uit de Werkagenda mbo van de MBO Raad, NRTO en VNG om te verkennen welke basisinfrastructuur van externe partners rondom de school nodig is om goede ondersteuning te kunnen bieden en de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg te verbeteren. Wat de staatssecretaris betreft zou dit ook een aanleiding kunnen zijn om (opnieuw) binnen de instelling en binnen onderwijsteams het gesprek te voeren over de organisatie van de ondersteuning voor studenten.
Meer informatie:
Ga naar het onderzoeksrapport
Gerelateerde artikelen
Loading...
Meer weten over dit onderwerp?
Stel een vraagAanmelden nieuwsbrief
passendonderwijs © Copyright 2025